Master Transnational Ecosystem-based Water Management (TWM)
Radboud Universiteit Nijmegen – Universität Duisburg-Essen
Deze master biedt een nieuwe, internationale en interdisciplinaire kijk op watermanagement. De focus ligt op de grensoverschrijdende aspecten van watermanagement en gaat in op technische, sociale en milieu-gerelateerde thema’s. Daarbij wordt het stroomgebied van de Rijn, waarin beide betrokken universiteiten gelegen zijn, als belangrijkste casus bestudeerd. Studenten krijgen aan het eind een double degree van beide universiteiten. De studie is geheel in het Engels. De universiteit Duisburg-Essen biedt wel vrijwillige taalcursussen aan om Duits te leren.
Door samen een masterprogramma op te zetten, combineren beide universiteiten hun expertise. Er wordt bovendien nauw samengewerkt met de Euregio en de waterschappen aan beide kanten van de grens. De financiering voor het opzetten van de opleiding komt onder andere van betrokken ministeries in Nederland (Rijkswaterstaat/Ministerie voor Infrastructuur en Milieu) en Noordrijn-Westfalen (Ministerium für Klimaschutz, Umwelt, Natur- und Verbraucherschutz en Ministerium für Innovation, Wissenschaft und Forschung).
Studieprogramma
De master duurt twee jaar en is uit drie fases opgebouwd. In de eerste fase wordt de theoretische basis van watermanagement behandeld. Deze fase duurt één jaar en staat voor 60 ECTS-punten. Een half jaar hiervan studeer je in Nijmegen, het andere halve jaar in Duisburg en Essen. Waar je begint, hangt af van het moment waarop je begint. Het wintersemester vindt plaats in Nijmegen, het zomersemester in Duisburg en Essen. De vakken die je in fase 1 volgt zijn:
- Basics Water Ecology
- Applied Water Ecology
- Water Engineering
- Water Basin Management
- Sustainability & Wetland Management
- Social Environmental Sciences
Fase 2 bestaat uit een aantal keuzevakken van samen 14 ECTS-punten en een stage van 16-punten ECTS. Deze stage kun je ook in het buitenland doen. Fase 3 staat geheel in het teken van het schrijven van je masterscriptie.
Aanmelding
Heb je in Nederland Environmental Sciences of Biologie gestudeerd? Dan kun je je direct voor deze master inschrijven bij één van de universiteiten. Wanneer je een andere vooropleiding hebt, moet je een individuele aanvraag tot toelating doen, die wordt beoordeeld door een toelatingscommissie. Het kan zijn dat je eerst een schakelprogramma moet volgen voor je aan de master kunt beginnen. Voor meer informatie klik je hier.
Toine Smits is hoogleraar Duurzaam Waterbeheer aan de Radboud Universiteit en geeft les aan studenten van de master:
“De master is uit een marktvraag geboren. Na de bijna-overstromingen in de jaren 90 in Nederland besefte men dat er onvoldoende werd samengewerkt met Duitse partijen, daar waar het water vandaan komt. Er was op het niveau van de werkvloer nauwelijks contact met de Duitse collega’s. En dat terwijl waterbeheer juist iets transnationaals is; rivieren houden niet op bij de grens. Men kwam erachter dat het niet genoeg is medewerkers naar een cursus Duits te sturen. Vandaar dat het idee kwam om Nederlanders, Duitsers en andere internationale studenten samen op te leiden. Zo ontstaan ook persoonlijke contacten. Doordat de studenten ook een heel jaar in Duisburg en Essen zitten, leren ze de Duitse cultuur en manier van werken ook echt kennen.”
Toch gaat de opleiding niet alleen over internationale samenwerking: “Ook vakinhoudelijk is de samenwerking van beide universiteiten zinvol omdat het onderwijsaanbod complementair is. In Duisburg-Essen richten de studenten zich meer op de civieltechnische kant van watermanagement, terwijl in Nijmegen meer de sociale aspecten centraal staan. Beide zijn nodig: als bèta of gamma alleen weet je niet genoeg. We proberen een nieuwe generatie watermanagers op te leiden. Vroeger was watermanagement puur iets civieltechnisch. Nu heeft men ook meer oog voor natuurlijke processen en probeert zich meer aan te passen aan watersystemen, bijvoorbeeld door rivieren meer ruimte te geven. De opleiding heet ook niet voor niets ‘transnational ecosystem-based watermanagement’. De natuur- en milieuaspecten zijn erg belangrijk.”
“De taal van de opleiding is Engels. Dat is niet alleen omdat dat Engels de dominante taal binnen de wetenschap is, maar ook omdat veel internationale studenten deze master volgen. De verhouding is ongeveer één derde Nederlanders en één derde Duitsers. Één derde komt uit de rest van de wereld.”
Over de kansen op de arbeidsmarkt voor afgestudeerden is Smits optimistisch: “Tot nu toe vonden alle afgestudeerden binnen zes maanden een baan. Meestal bij adviesbureaus, bij overheidsinstellingen of ze blijven in de wetenschap en doen een PhD.”
Ervaring: “Je komt niet in zo’n gespreid bedje terecht als in Nederland, maar dat is juist mooi”
Interview met student Marie-Louise Kroon.
Hoe goed moest je Duits zijn om in Essen en Duisburg te kunnen studeren?
De opleiding zelf is geheel in het Engels, er was in dat opzicht dus geen noodzaak om het Duits heel goed te beheersen, maar met betrekking tot bijvoorbeeld de huisvesting weer wel. Daar waren de meeste praktische zaken wel allemaal in het Duits geregeld, dus in die zin moest je wel weer redelijk Duits kunnen spreken.
Hoe ben je in Duitsland aan een kamer gekomen?
Kamers worden geregeld vanuit de universiteit Duisburg-Essen; je krijgt er een toegewezen. Waar ik zat was het niet altijd helemaal koosjer, het was wat vies en krakkemikkig. Maar dat kan ook komen omdat ik net in een soort overgangsjaar zat; de unversiteit was wel bezig met het regelen van nieuwe studentenhuisvesting. Bovendien kostte het me maar 200 euro per maand en ik hoorde van andere studenten dat ze wel hartstikke goede kamers hadden gekregen, dus waarschijnlijk had ik gewoon een beetje pech.
Hoe heb je je semester in Duitsland gefinancierd?
Ik had mijn stufi omgezet naar uitwonend, dus daar kreeg ik nog extra geld van en voor de rest hebben mijn ouders mij een beetje gesponsord. Ik heb geen gebruik gemaakt van een andere beurs.
Hoe heb je de studie in Duitsland ervaren?
In Duisburg-Essen concentreert de studie zich meer op de technische kant en draaide het veel meer om feitenkennis dan in Nijmegen. Op vrijdag deden we altijd practica of excursies, wat een welkome en interessante afwisseling was ten opzichte van de rest van de week. Ik heb in dat opzicht veel geleerd in Duitsland. Mijn klas was in Duitsland in de meeste gevallen kleiner dan in Nederland waardoor er veel ruimte was voor vragen en aanvullingen van de studenten. Hierdoor hadden we een zeer participatief college wat goed hielp bij het begrijpen van de lesstof.
Hoe was het studentenleven in Duisburg en Essen?
Ik zat zelf in Essen, want daar was mijn kamer en ook de campus waar ik al mijn colleges volgde. Essen is op zich niet de meest bruisende studentenstad in Duitsland, al zijn er uiteraard wel wat bars en kroegen. De leukste tijd heb ik gehad met de studenten van mijn wooncomplex – daar organiseerden we regelmatig onderling wat mee, om samen iets leuks te doen. Mijn idee is dan ook dat studenten het studentenleven toch wel maken, ongeacht waar ze zitten – op die manier wordt het altijd wel leuk en gezellig.
Was Essen op het gebied van cultuur of natuur een interessante stad?
Hoewel je het misschien niet zou zeggen is Essen een hele culturele stad, waar veel cultuurhistorie is te vinden, zoals oude industriële complexen. Het contrast met de natuur die er te vinden is zorgt ervoor dat ik Essen best een mooie stad vond om in te wonen en te leven.
Ben je van plan om later voor je studie of werk nog eens terug te keren naar Duitsland?
Ik zit op dit moment in de sales, maar ben uiteindelijk wel op zoek naar een baan op het terrein van watermanagement, omdat dat écht mijn passie is. De meeste adviesbureaus binnen watermanagement zitten echter in Nederland, dus ligt Nederland meer voor de hand, maar wie weet wat de toekomst brengt.
Wil je nog iets meegeven aan Nederlandse studenten die overwegen in Duitsland te gaan studeren?
Grijp de kans om in Duitsland te studeren, of om überhaupt naar het buitenland te gaan. Een dergelijke ervaring is altijd een persoonlijke verrijking. Je wordt zelfstandiger, je moet er harder werken, je moet zelf dingen uitzoeken. Je komt niet in zo’n gespreid bedje terecht als in Nederland, maar dat is juist mooi.